© Dr. Erhard Nerger

Het natuurpark 

in een oogopslag

216,8  km²

Omvang

2006

gevestigd

17

Naturschutzgebiet naar

Plaats

Het natuurpark Bourtanger Moor ligt in de driehoek tussen het district Emsland, de graafschap Bentheim en de Nederlandse provincie Drenthe. Naast de districten en de provincie zijn ook de gemeenten Twist, Geeste en Wietmarschen, Meppen, Haren (Ems) en Emmen betrokken. Sinds de oprichting van het natuurpark in 2006 werken de leden samen aan de duurzame ontwikkeling van het gebied en het effectief benutten van het bestaande potentieel. 

De natuurparkgemeenschappen:

Haren

Scheepvaart & Landhuizen

Haren toont met trots haar maritieme traditie: in de museumhaven en tijdens excursies op de Eems beleven gasten de maritieme sfeer. Bijzondere trekpleisters zijn de kastelen en landhuizen: in Schloss Dankern bevindt zich het grootste, op gezinnen gerichte vakantie- en recreatiecentrum van Duitsland en ook de voormalige ridderresidentie Gut Landegge. Golfersharten kloppen sneller op Golfpark Gut Düneburg.

Meer weten?

emmen

Dierentuin & Winkelen

Vanuit Emmen leiden vele paden de heide in. Maar ook het bekroonde Dierenpark Emmen trekt veel bezoekers naar Nederland. Een wandeling door het Dierenpark, één van de belangrijkste dierentuinen van Nederland, is als een reis rond de wereld. Het levendige stadscentrum nodigt bovendien uit tot slenteren met zijn uitgebreide winkelmogelijkheden en vele cafés.

Meer weten?

Meppen

Stad aan het water & vestingstad

Dicht bij het water gebouwd - en juist daarom een ​​leefbare stad: in Meppen komen de Hase-, Radde-, Ems- en Dortmund-Ems-kanaal samen. Langs de waterwegen ontdekken bezoekers een moderne winkelstad met wortels in de vroege middeleeuwen. De historische Hanze- en vestingstad met het historische stadhuis is een centraal vertrekpunt voor fiets- en kanotochten.

Meer weten?
© Anja Poker

Twist

Olie & Grensgebied

Grote delen van de veengebieden van het natuurpark Bourtanger Moor - Veenland liggen binnen de gemeentegrenzen van Twist. Alle paden naar het Nederlandse deel van het natuurpark leiden over de gemeentegrens. Een heel bijzondere excursiebestemming is het Olie- en aardgasmuseum, dat informatie biedt over de grondstoffenwinning in het centrum van het grootste olieproductiegebied van Duitsland.

Meer weten?

Geeste

Moormuseum en Geeste-stuwmeer

Het 180 hectare grote Geestestuum met aangrenzend biotoop is een geliefde bestemming voor natuurliefhebbers, rustzoekers en watersporters. Zeilers en surfers vinden hier een windveilige plek. De zwembaai biedt "waterratten" 850 m puur waterplezier. En in het Emslandse Heidemuseum met zijn grote buitenruimte wordt de geschiedenis van de vroege heideontginning levendig gepresenteerd.

Meer weten?
© Anja Poker

Wietmarschen

Bedevaartsoord en badplezier

De gemeente Wietmarschen, die in de 11e eeuw rond het benedictijnenklooster Sunte Marienrode ontstond, is nog steeds een bedevaartsoord en staat bekend om zijn kapittelkerk. Charmante wandelpaden in het kloosterbos getuigen van de invloed van de kerk. Een absolute aanrader: een bezoek aan het recreatiemeer met een aantrekkelijk zandstrand en een uitgebreid aanbod aan sportieve en avontuurlijke activiteiten. 

Meer weten?

Wonen en werken op het heideveld

De uitgestrekte hoogveengebieden in het noordwesten van Duitsland werden pas in de 17e eeuw bewoond. Alleen boeren die zich in de buitengebieden vestigden, gebruikten in de zomer de droge heidevelden om boekweit te verbouwen, als weiland voor vee en om de turf te gebruiken voor huisbrandolie. De Nederlanders hadden daarentegen de boekweitteelt al vervangen door veenlandbouw en een rendabele landbouwmethode voor hun veengebieden ontwikkeld. Hun belangstelling ging uit naar zwartveen, dat in huishoudens en bedrijven in steden als vervanger van vuur werd gebruikt vanwege de slinkende houtvoorraden. Om dit doel te bereiken, werden de heidevelden drooggelegd via een systeem van kanalen, sluizen en pompen. Na de eerste industriële veenwinning volgden landbouw en veeteelt op de nu bruikbare gronden.

Aan Duitse zijde was het vaak niet mogelijk om voort te bouwen op deze economisch bloeiende ontwikkeling. Het gebruik van de heide beperkte zich grotendeels tot het in brand steken van heide. Nadat het heideveld aan het oppervlak was drooggelegd, werd in het voorjaar de bovenste vegetatielaag verbrand. De as die hierbij vrijkwam, vormde een kortdurende meststof voor de boekweit, die daardoor weinig opbrengst opleverde. Hongersnoden en de ellende van de heidekolonies worden door kroniekschrijvers tot in de 18e eeuw beschreven. Door de eeuw heen steeds opnieuw beschreven.

Pas in de 19e eeuw werden de leef- en werkomstandigheden van de heidebewoners door overheidsingrijpen aanzienlijk verbeterd. De ontwatering van het heideveld via een kanalenstelsel naar Nederlands voorbeeld, de introductie van kunstmest en het bekalken van de bodem droegen hieraan in belangrijke mate bij. Deze maatregelen, die als Duitse hoogveencultuur worden beschreven, maakten zowel akkerbouw als veeteelt mogelijk en leverden behoorlijke opbrengsten op.

© Emslandse Moormuseum

Moor verbindt: Twee culturen in het natuurpark 

In het Nederlandse natuurpark ‘Bargerveen’ begon de herinvoering van het heidelandschap eind jaren zestig. Tegenwoordig biedt het heideveld weer ruimte aan een unieke flora en fauna. De veengebieden in Duitsland kenmerken zich daarentegen door ontginnings- en ontwateringsmaatregelen, die pas sinds de jaren negentig geleidelijk zijn afgebouwd. Hier zijn de eerste pogingen tot vernatting fascinerend. Ondanks deze contrasten is het heidelandschap verbindend: de idyllische architectuur van de veennederzettingen ontmoet de Duitse steden rondom het heidelandschap. “Ik!” ontmoet “Moin!”, “Koffie” ontmoet “Kaffee”, Nederland ontmoet Duitsland. De heide biedt ruimte aan twee werelden, aan een vriendschappelijke dialoog tussen culturen die door meer dan alleen de heide met elkaar verbonden zijn. Dwars door het natuurpark loopt de Duits-Nederlandse grens, met historische grensstenen en een aantrekkelijk fiets- en wandelpad langs de grens.

Bourtanger Moor: de fascinatie van een natuurgebied

Voordat het halverwege de 19e eeuw in cultuur werd gebracht, was het Bourtanger Moor het grootste aaneengesloten hoogveengebied van Centraal-Europa. Het ontstond oorspronkelijk als laagveengebied, dat na het einde van de laatste ijstijd, rond 10.000 v.Chr., ontstond. In de XNUMXe eeuw na Christus overstroomde het water overvloedig weilanden en valleien, waardoor de vegetatie werd verwoest. Ondoorlatende bodems zorgden ervoor dat regenwater zelfs op grotere hoogte niet kon wegstromen. Het water stopte het ontbindingsproces, plantenresten – vooral veenmossen – hoopten zich op en groeiden langzaam maar zeker uit tot een hoogveencomplex met een diepte van acht meter. Van Nordhorn tot Groningen strekte zich een groot hoogveengebied uit, ondoordringbaar, zonder bomen of struiken.

Vanaf de 18e eeuw werd het Bourtanger Moor commercieel gebruikt voor de veenindustrie en de landbouw. ​​Tegenwoordig is het nog steeds een cultuurgebied. In het Internationale Natuurpark Bourtanger Moor zijn zowel bestaande, nog intacte hoogveengebieden te zien als veengebieden die zich na turfwinning in verschillende stadia van regeneratie bevinden. Veel gebieden zijn beschermd en vormen een uniek natuurlijk leefgebied. De voedingsarme bodems hebben het leven voor flora en fauna nooit gemakkelijk gemaakt, maar tot op de dag van vandaag gedijen en broeden gespecialiseerde soorten in het veen – in een uniek natuurgebied dat in Duitsland met uitsterven wordt bedreigd.

Onze heidevelden vervullen belangrijke functies: ze binden het schadelijke broeikasgas koolstofdioxide en vormen de leefomgeving voor zeldzame dieren en planten. Redenen om de heide te beschermen – en te renoveren waar deze is verwoest. Naast de typische plantensoorten zijn in sommige gebieden ook de complete inventaris aan zeldzame hoogveendieren te vinden: heikikkers, heilibellen, waterkevers, schietmotten, waterwantsen, muggen, vliegen en waterspinnen voelen zich hier thuis.